Algemene informatie over de operatie aan de plasbuis. Wij adviseren u deze informatie goed te lezen. Aanvullingen op deze informatie worden door uw behandelend arts aan u verteld.

Vernauwing van de plasbuis (urethra strictuur)

Er is bij u een vernauwing van de plasbuis geconstateerd. Deze vernauwing kan ontstaan door natuurlijke aanleg of beschadiging door een ongeluk, ontsteking of eerdere ingreep, waardoor er littekenweefsel in de plasbuis ontstaat. Door de vernauwing gaat het plassen vaak moeizamer, is de urinestraal minder krachtig en kan het voorkomen dat u vaak moet plassen. Bovendien bestaat de kans dat er urine in de blaas achterblijft, waardoor een blaasontsteking kan ontstaan.
Meestal heeft de uroloog bij u in de plasbuis gekeken en is bekend in welke mate de vernauwing aanwezig is. Ook kan het meten van de kracht van de urinestraal (flowmetrie) aanvullende informatie geven. Soms is het nodig met aanvullend onderzoek de lengte van de vernauwing vast te stellen.
Een vernauwing kan worden opgeheven door het insnijden van de vernauwing in de plasbuis (urethrotomia interna).

Doel van de operatie

Het doel van deze operatie is de vernauwing van de plasbuis op te heffen.

Voorbereiding op de operatie

Gebruikt u bloed verdunnende medicijnen? Meld dit dan van tevoren aan de uroloog. In overleg met de uroloog stopt u het gebruik van deze medicijnen geruime tijd voor de operatie. De operatie vindt onder algehele anesthesie (narcose) of met een ruggenprik plaats. Dit bespreekt de anesthesioloog met u.

Preoperatieve screening

Voordat u geopereerd kunt worden heeft u een afspraak bij de Preoperatieve Screening (POS poli). U ontvangt daar informatie over de anesthesie en de voorbereiding op de operatie.

De operatie

Hoewel u geen uitwendige wond krijgt, ondergaat u een echte operatie. Om de vernauwing in de plasbuis op te heffen snijdt de uroloog het littekenweefsel in. Dit kan op twee manieren plaatsvinden.

Sachse operatie

De uroloog brengt een hol instrument in de plasbuis om de binnenkant van de plasbuis te kunnen bekijken. Daarna schuift de uroloog een mesje naar binnen tot aan de vernauwing. Door het mesje heen en weer te bewegen klieft de uroloog de vernauwing.

Otis operatie

Bij een vernauwing aan het begin van de plasbuis of in de gehele plasbuis of in het midden van de plasbuis, kan een zogeheten Otis procedure worden gedaan. Hierbij wordt de vernauwing zonder kijkinstrument gekliefd.

Na de operatie krijgt u een katheter in de plasbuis, die de urine afvoert. Dit kan een gevoel van aandrang tot plassen geven. In de opvangzak kan bloederige urine komen, dit is normaal. De katheter wordt later op de dag of de volgende morgen verwijderd. Het is belangrijk dat u goed drinkt na de ingreep, zeker 2 liter per dag.

Gemiddeld duurt de operatie 15 tot 30 minuten. De slagingskans van de behandeling ligt op circa 70% als de vernauwing voor het eerst wordt ingesneden. Als de vernauwing terugkomt, wordt de kans op succes bij herhalen van de behandeling steeds kleiner. De uroloog bespreekt met u eventuele alternatieve behandelingsmethoden.

Risico’s en complicaties

Tijdens de eerste nachten kunt u bij een erectie een bloeding krijgen, dit bloeden gaat vanzelf weer over. Door de operatie kan nieuw littekenweefsel ontstaan, uw plasbuis kan hierdoor opnieuw vernauwen. Het kan zijn dat u na de operatie een urineweginfectie krijgt, dit is goed te behandelen met antibiotica.

Na de operatie

Als de controles van hartslag en bloeddruk goed zijn, kunt u terug naar de dagbehandeling. Als u geen pijn heeft en niet misselijk bent, mag u na de operatie weer eten en drinken.
Nadat de katheter verwijderd is, kan een aantal dingen anders zijn dan u gewend bent: u kunt ongewild wat urine verliezen; er kan nog wat bloed in uw urine voorkomen (tot ongeveer drie weken na de operatie); het plassen kan met kleine beetjes gaan en pijnlijk zijn (branderig). Dit zijn normale verschijnselen. Om de blaas goed door te spoelen, drinkt u twee liter vocht per dag. Bij warm weer drinkt u nog meer. U mag naar huis als u na het verwijderen van de katheter goed kan plassen.

Nabehandeling

U krijgt een afspraak mee voor controle op de polikliniek, ongeveer zes weken na de operatie. Meestal wordt u gevraagd met een volle blaas te komen, zodat een nieuwe flowmetrie kan worden gedaan.

Wanneer neemt u contact op?

Bij koorts (>38,5ºC), als u denkt een urineweginfectie te hebben, als u slechter gaat plassen en/of de straal van urine minder krachtig wordt.