Logo Het Van Weel-Bethesda Ziekenhuis.
 
Klik op deze knop om alle folders te doorzoeken.Zoek folders
Klik op deze knop om dit document te printen.Print pagina
Klik op deze knop om dit document als PDF te downloaden.Download PDF
Klik op deze knop om de tekstgrootte te vergroten.Grotere tekst
Klik op deze knop om de tekstgrootte te verkleinen.Kleinere tekst

PiMS folder informatie logo

Verloskundig Centrum CuraVita

Nuttige informatie voor als de bevalling anders loopt dan verwacht

Nuttige informatie voor als de bevalling anders loopt dan verwacht

De knop om deze folder als favoriet te markerenFavorietDe knop om deze folder per email door te sturen.Stuur door

We hopen voor alle zwangere dat de bevalling voorspoedig verloopt. Echter loopt het niet altijd zoals je gehoopt had en moet je eigen verloskundige je soms overdragen aan klinisch verloskundige en/of gynaecoloog . We denken dat het goed is dat je op de hoogte bent van bepaalde ontwikkelingen en complicaties zodat je jezelf daar enigszins op voor kunt bereiden. Het verloskundig team van het van Weel Bethesda staat altijd voor je klaar om je zo goed mogelijk te begeleiden bij verwachte en onverwachte gebeurtenissen.


De normale bevalling

De bevalling verloopt in stappen. De verloskundige en/of kraamverzorgende kan je hierbij continu begeleiden. Ook je partner of iemand anders die dicht bij je staat, kan een rol spelen.

Moment van de bevalling

Op basis van de termijnecho is je vermoedelijke bevaldatum vastgesteld. Slechts 5% van de vrouwen bevalt ook écht op die datum. Als je gezond zwanger bent en de bevalling begint bij een zwangerschap tussen 37 en 42 weken, dan mag je kiezen waar je wilt bevallen. Als de bevalling begint voordat je 37 weken zwanger bent, dan heet dit vroeggeboorte en is het advies om in het ziekenhuis te bevallen. Begint de bevalling na 42 weken zwangerschap, dan ben je overtijd. Vanaf 41 weken zal de verloskundige samen met jou bekijken of je ingeleid zou willen of moeten worden. Vanaf 42 weken is er een duidelijke indicatie om in te leiden. Meer informatie over vroeggeboorte en overtijd vind je op www.deverloskundige.nl onder ‘Bevalling’ en op www.degynaecoloog.nl.

De bevalling begint

Meestal begint de bevalling met weeën. Soms doen die weeën pijn en volgen ze elkaar al snel op. Maar meestal zijn ze in het begin nog kort, onregelmatig en niet zo pijnlijk. De bevalling kan zich ook aankondigen met het breken van de vliezen. Ook dan zijn sterke weeën nodig om de baarmoedermond open te maken. Ze beginnen meestal binnen 24 uur na het breken van de vliezen. Met je verloskundige of gynaecoloog heb je afspraken gemaakt wanneer je contact met haar of hem opneemt als de bevalling is begonnen.

Weeën, ontsluiting en persen

De weeën maken de baarmoedermond soepeler en dunner. Hoe snel het gaat, hangt ook af van de weeën. De eerste centimeters van de ontsluiting gaan meestal langzamer dan het laatste stukje ontsluiting. Bij 10 centimeter heb je volledige ontsluiting. De ontsluitingsweeën gaan over in persweeën. Op het hoogtepunt van de wee voel je dan drang om te drukken. Dat is persdrang. Je gaat actief mee persen. Tijdens het persen kan je verloskundige of gynaecoloog je coachen om je baby geboren te laten worden.

Complicaties tijdens de bevalling

Bij complicaties tijdens de bevalling overlegt de verloskundige of gynaecoloog met je wat te doen. Ongeveer de helft van de vrouwen wordt tijdens de bevalling van hun eerste kind naar het ziekenhuis doorverwezen, bijvoorbeeld voor medicinale pijnbehandeling, of als de ontsluiting niet vordert en de weeën wellicht bij gestimuleerd moeten worden (met syntocinon). Een andere reden kan zijn als de baby in het vruchtwater heeft gepoept (meconium houdend vruchtwater). Bij een volgende bevalling is de kans dat je tijdens de bevalling naar de gynaecoloog wordt doorverwezen aanzienlijk kleiner.

Bij iedere bevalling bestaan er kansen op medische ingrepen. Bij een eerste kindje is bijvoorbeeld de kans op een ongeplande keizersnede (ook wel sectio genoemd) ongeveer 14 % en de kans op een vacuümverlossing 11%. Deze vinden altijd in het ziekenhuis plaats.
De kans als je eerder bevallen bent op een vacuümverlossing is veel kleiner, nog maar 2% en ook de kans op een ongeplande keizersnede is nog rond de 2%.

De Vaginale kunstverlossing

Dit is een bevalling waarbij de gynaecoloog met een vacuüm cup helpt bij de geboorte van je kind. Bij een eerste bevalling is deze hulp vaker nodig dan bij een volgende. Ongeveer 8% van alle bevallingen eindigt met een vaginale kunstverlossing. De medische term voor een vacuüm verlossing is vacuüm extractie. Deze wordt het meest gebruikt. De verlostang wordt nog maar heel zelden gebruikt.

Vacuüm cup

Een vacuüm cup is een ronde zuignap van plastic, met een doorsnede van 5 cm met een handpompje. Ook kan een metalen cup worden gebruikt. Nadat de cup tegen de schedel van de baby is geplaatst, wordt deze vacuüm gezogen. De gynaecoloog trekt tijdens de weeën (terwijl je zelf blijft mee persen) aan de cup om de uitdrijving te bespoedigen. Zodra het hoofd geboren is, wordt de cup verwijderd en volgt de geboorte van het lichaam.



Er zijn twee redenen voor het uitvoeren van een vacuümextractie en dat zijn het niet vorderen van de uitdrijving en/of minder goede harttonen bij het kind.

Het niet vorderen van de uitdrijving

Zeker bij een eerste bevalling komt het regelmatig voor dat een baby, ondanks krachtig persen, niet spontaan geboren wordt. Soms is het kind aan de grote kant of is de stand van het hoofd dusdanig dat het bekken niet gemakkelijk gepasseerd kan worden. In andere gevallen zijn de weeën niet sterk genoeg of zwakken ze tijdens de bevalling af. Moeheid en gebrek aan kracht kunnen ook een rol spelen. Vaak is er een combinatie van factoren. Degene die jouw bevalling begeleidt, adviseert dan hulp om je kind geboren te laten worden.

Minder goede harttonen

Tijdens het persen worden de harttonen van de baby gecontroleerd. Bij een ongestoorde zwangerschap gebeurt dit meestal met een ‘doptone’ (een klein instrument dat regelmatig met behulp van geluidsgolven via de buikwand de harttonen registreert), bij een bevalling op medische indicatie past men een CTG-registratie toe . Dit is een doorlopende harttonenregistratie via de buikwand of via de schede door middel van een draadje op het hoofd van het kind (schedelelektrode). De harttonen geven een indicatie van de conditie van het kind. Langdurig of ernstig afwijkende harttonen kunnen een teken zijn van dreigend zuurstoftekort. Soms wordt een beetje bloed van de hoofdhuid van het kind afgenomen (microbloedonderzoek) om de reserves van het kind te bepalen.

De genoemde schedelelektrode wordt gebruikt om in bepaalde situaties continu een goede registratie van de hartslag van de baby te hebben. In ons ziekenhuis is daar vaak een zogenaamde STAN analyse aan gekoppeld, die extra in formatie geeft over de conditie van het kind, waardoor er minder vaak een microbloedonderzoek nodig is.

Episiotomie

Soms kan het nodig zijn om een knip te zetten (episiotomie). Dat doen we alleen als het echt nodig is, bijvoorbeeld als het kind snel geboren moet worden of als de uitdrijving stagneert. In het geval van een vacuümextractie wordt in het algemeen wel een episiotomie gezet.

Keizersnede

Bij een keizersnede wordt de baby met een operatie via de buikwand geboren. Er zijn diverse medische redenen voor een keizersnede. De keizersnede wordt ook wel sectio genoemd.

Geplande keizersnede

Als er tijdens de zwangerschap problemen ontstaan, verwijst de verloskundige je naar de gynaecoloog. Het kan zijn dat de gynaecoloog op een bepaald moment, in overleg met jou, besluit dat een bevalling per keizersnede veiliger is voor jou of je baby, dan een vaginale bevalling. Dan wordt een keizersnede gepland.

Ongeplande keizersnede

Soms blijkt tijdens de bevalling dat een natuurlijk bevalling niet (verder) mogelijk of wenselijk is. Bijvoorbeeld doordat de baby in moeilijkheden is of als een vaginale bevalling niet lijkt te lukken. Dan wordt overgegaan tot een keizersnede. Binnen 45 minuten wordt de baby geboren. Als je baby in nood is, gebeurt de keizersnede sneller.

Risico's keizersnede

De keizersnede is een redelijk zware buikoperatie. Aan elke operatie zitten risico’s, dus ook aan de keizersnede. De meest voorkomende problemen na een keizersnede zijn: bloedarmoede, een blaasontsteking of een beschadiging van de blaas, een nabloeding in de buik, wondinfectie, trombose, of darmen die niet op gang komen. Gelukkig komen deze problemen maar weinig voor.

Door de keizersnede ontstaat een litteken in de baarmoeder. Er bestaat een kleine kans dat dit litteken gaat scheuren bij een volgende bevalling. Alle volgende bevallingen na een keizersnede moeten daarom plaatsvinden in het ziekenhuis onder leiding van de klinisch verloskundige onder verantwoordelijkheid van de gynaecoloog. Ook is er een kleine kans dat tijdens een volgende zwangerschap de moederkoek ingroeit in het litteken van de keizersnede. Dit kan na de bevalling leiden tot veel bloedverlies; heel soms moet dan de baarmoeder verwijderd worden.

De operatie

Voor de operatie krijg je meestal een ruggenprik. De medische term is spinaal analgesie. Hierbij wordt alleen je onderlijf verdoofd en maak je de geboorte van de baby dus bewust mee. Een ruggenprik is ook minder risicovol voor jou dan een narcose. Ook voor de baby is een ruggenprik veiliger . Alleen als de baby snel geboren moet worden, krijg je een algehele narcose.

De gynaecoloog maakt een snee net boven het schaambeen. Je voelt geen pijn, maar wel druk op je buik als de baby wordt geboren. De wond wordt gehecht met oplosbare hechtingen zodat je niet terug hoeft te komen om de hechtingen te verwijderen.

Vrouwvriendelijke keizersnede/ de Gentle keizersnede

Tijdens de vrouwvriendelijke keizersnede wordt de sfeer in de operatiekamer aangepast. Het is er warmer, het licht is er zachter en er kan muziek worden gedraaid. Je ziet de baby geboren worden en je krijgt hem na een korte check up bij je. Het blijkt dat moeders hierdoor minder stress en minder pijnbestrijding bij het hechten hebben. Daarnaast hebben ze een goede start van de borstvoeding én het is goed voor de band tussen moeder en kind. De vrouwvriendelijke keizersnede is in veel gevallen mogelijk.

Na de operatie

Als alles goed gaat, mogen jij en de baby op de derde dag na de operatie weer naar huis. Als je baby nog niet naar huis mag, kun je ook in het ziekenhuis blijven.

Na de geboorte van het kind

Als de baby geboren is blijft deze bij je, tenzij de kinderarts het beter vindt om de baby ter observatie op de couveuse-afdeling op te nemen als de baby problemen heeft, In principe kan jij dan ook daar opgenomen worden (rooming in).

Na de geboorte van het kind volgt nog de geboorte van de placenta, Hierbij kan soms het probleem zijn dat de placenta niet spontaan geboren wordt. Deze moet dan onder narcose verwijderd worden.

Een ander probleem kan zijn dat je teveel bloed verliest. Meestal is dit goed op te vangen met medicijnen via een infuus, een enkele keer is het nodig om onder narcose het probleem te verhelpen.

Een andere reden om naar de operatiekamer te moeten is als je te ver bent ingescheurd en de kringspier van de anus is ingescheurd. Het is belangrijk dat dit goed gehecht wordt om problemen in het verdere leven te voorkomen.

Tot slot

Nogmaals, we hopen uiteraard dat je bevalling zonder problemen verlopen en dat zal ook meestal het geval zijn. Maar mocht dit niet het geval zijn dat staan je eigen verloskundige en het verloskundig team van de IGO Zuid aan Zee voor je klaar.

Meer informatie is onder andere te vinden op https://deverloskundige.nl/ en
https://www.degynaecoloog.nl/

Geboortezorg Zuid aan Zee

Voor iedere zwangere en partner in onze omgeving moet de geboortezorg vertrouwd, laagdrempelig en veilig aanvoelen. Vanuit de gedachte dat de zwangere centraal staat, wordt gewerkt vanuit één team en zet de coöperatie Geboortezorg Zuid aan Zee in op de juiste zorg door de juiste zorgverlener. Het Van Weel-Bethesda Ziekenhuis is onderdeel van deze cooperatie.

Kijk op de website www.geboortezorgzuidaanzee.nl voor meer informatie over coöperatie Geboortezorg Zuid aan Zee en welke zorgverleners hierbij aangesloten zijn.



Foldernummer: B74
Laatst bijgewerkt op: 01-07-2024




Gerelateerde informatie:

Deze website maakt gebruik van cookies. Lees onze cookieverklaring .
Gezien