Hier krijgt u algemene informatie over een bovenooglidcorrectie in ons ziekenhuis. Wij adviseren u deze informatie zorgvuldig te lezen zodat u een weloverwogen beslissing over de ingreep kunt nemen. Het is belangrijk dat u begrijpt dat er risico’s bestaan. Daarnaast kan voor u persoonlijk de situatie anders zijn dan hier beschreven. Indien voor u van toepassing zullen aanvullingen en/of wijzigingen op deze algemene informatie altijd door uw behandelend plastisch chirurg aan u worden meegedeeld. Voor een bovenooglidcorrectie is er niet altijd sprake van een medische indicatie. Als een medische indicatie ontbreekt, spreken we over een zogenaamde esthetische ingreep. In die gevallen is het des te belangrijker dat u een weloverwogen beslissing neemt om de operatie wel of niet te ondergaan. Als u naar aanleiding van deze folder vragen heeft of de inhoud voor u niet duidelijk is, neem dan eerst contact op met uw plastisch chirurg, voordat u een beslissing neemt. Op voorhand kan geen garantie worden gegeven over het te bereiken resultaat. Ook bij een zorgvuldig uitgevoerde operatie is het mogelijk dat u niet (volledig) tevreden bent met het resultaat. Hier informeren wij u over de voorbereidingen, de operatie en de eerste dagen na de operatie.
Een ooglidcorrectie
Wanneer de huid rondom de ogen slapper wordt en uitrekt noemen we dit dermatochalazis. Het komt regelmatig voor dat de huid rond de bovenoogleden zo uitrekt, dat deze gaat hangen en oogklachten geeft. Deze klachten kunnen zijn: vermoeide, zware ogen, hoofdpijn door geforceerd open houden van de ogen, ontstekingen in de huidplooi en/of beperking van het gezichtsveld. Soms gaat dit samen met het uitpuilen van vetweefsel in de oogkas, waardoor de huid naar voren wordt geduwd en er zwellingen ontstaan in de neuskant van het ooglid. Een correctie van de bovenoogleden wordt een blepharoplastiek genoemd. (blepharo=bovenooglid) Heeft u ook klachten over uw gezichtsvermogen, tranende of juist droge ogen? Bespreek dit in het eerste gesprek met uw plastisch chirurg. Bij mensen met een te lage stand van de wenkbrauw geeft een bovenooglidcorrectie meestal een onvoldoende resultaat. Bij deze mensen kan een voorhoofdslift worden uitgevoerd, eventueel in combinatie met een bovenooglidcorrectie.
Een bijzondere situatie kan zich voordoen als de rand van het bovenooglid zelf te laag staat. Dit wordt een ptosis van het bovenooglid genoemd en dit heeft een andere oorzaak, namelijk een verminderde functie van de spier die het ooglid opent (de levatorspier). Deze spier kan in aanleg afwijkend zijn (een aangeboren afwijking), maar het kan ook later optreden door bijvoorbeeld veelvuldig gebruik van lenzen of oogdruppels. In geval van een ptosis wordt een andere correctie uitgevoerd, die zo nodig gecombineerd kan worden met een bovenooglidcorrectie. Soms wordt een bovenooglidcorrectie gecombineerd met een correctie van het onderooglid.
Voorbereidingen
Medicijngebruik
Medicijnen kunnen invloed hebben op de operatie. Meld daarom alle medicijnen die u gebruikt aan uw plastisch chirurg. Bloedverdunnende middelen moeten enkele dagen vooraf gestopt worden. Het betreft in de eerste plaats medicijnen die aspirine of acetylsalicylzuur bevatten, maar ook bloedverdunnende middelen, die door de trombosedienst worden gecontroleerd. De plastisch chirurg zal bespreken of en hoelang voor de operatie u moet stoppen met de inname van de medicijnen. Zorg dat u voldoende paracetamol in huis heeft, omdat u na de operatie soms wat hoofdpijn of een trekkend gevoel in het hoofd kunt krijgen.
Vervoer naar huis
Wij adviseren u om een begeleider mee te nemen omdat u na de operatie zelf geen voertuig mag besturen.
De operatie
De operatie van de bovenoogleden vindt vrijwel altijd plaats onder plaatselijke verdoving. Voor de operatie tekent de plastisch chirurg de plaats op het ooglid af waar de buitenste laag van de huid weggenomen moet worden. Na het aftekenen dient de plastisch chirurg de verdoving toe, door middel van druppels, en injecties in de oogleden. De plastisch chirurg maakt een snee in de plooi van het bovenooglid. Het huidoverschot, al dan niet gecombineerd met overtollig vetweefsel, wordt weggehaald. De oogleden worden daarna gehecht. Het grootste deel van het litteken komt te liggen in de natuurlijke plooi van het bovenooglid, waardoor het nauwelijks zichtbaar is. Aan het einde van de ingreep worden de ogen gekoeld.
Na de operatie
- Na de operatie mag u naar huis.
- Na een ooglidcorrectie kunnen de behandelde oogleden gezwollen en blauw zijn. Het komt echter bijna nooit voor dat dit zo ernstig is dat u niets meer kunt zien.
- Er wordt meestal geen verband aangebracht, of dit wordt in het ziekenhuis nog verwijderd.
- Probeer de huid zo droog mogelijk te houden (douchen mag, maar dep de oogleden daarna direct droog) en gebruik geen make-up. Zwemmen mag u pas nadat de hechtingen verwijderd zijn.
- Wij adviseren u om thuis de oogleden de eerste dag elk uur tien tot vijftien minuten te koelen met een gelbril. Met koelen wordt de pijn en zwelling tegengegaan. Echter koel niet vaker dan één keer per uur en hooguit twee dagen. ’s Nachts hoeft u uw ogen niet te koelen. Een gelbril is verkrijgbaar bij uw apotheek of drogist. Met diepvrieserwtjes in een boterhamzakje koelen is ook prima, de erwten voegen zich gemakkelijk naar de vorm van de ogen. Let op dat u de gelbril of het boterhamzakje niet bevroren op uw oog legt. Laat hem 10 minuten uit de vrieskast liggen en leg een gaasje tussen de gelbril of boterhamzakje en uw huid.
- De eerste zes weken mogen de littekens niet blootgesteld worden aan fel zonlicht. Wij raden u aan een zonnebril te dragen als u gaat zonnen.
- Het is van belang dat vooral de eerste dagen na de operatie zo min mogelijk druk op uw hoofd komt te staan. U mag niet teveel bukken, persen of zwaar tillen. We raden u aan de eerste dagen uw activiteiten in een rustig tempo uit te voeren.
- Na één week heeft u een afspraak op de polikliniek en worden de hechtingen verwijderd, waarna het litteken eventueel nog een aantal dagen met de zalf kan worden ingesmeerd.
Risico’s en complicaties
Ooglidoperaties zijn in het algemeen niet gevaarlijk, maar zoals bij iedere operatie is er toch een zeker risico aan verbonden.
- Bloeduitstortingen na de operatie komen vaak voor, maar dit trekt weg in enkele weken
- Soms komt bij een correctie van de bovenoogleden een meer dan normale bloedlekkage achteraf voor. Dit is niet ernstig, maar het duurt wel langer voordat de oogleden genezen zijn.
- Ook kan het voorkomen dat u uw ogen de eerste tijd na de operatie niet geheel kunt openen of sluiten. Om de ogen te behoeden voor uitdrogen kunt u van uw arts oogdruppels of zalf krijgen die het uitdrogen tegengaan.
- Door littekenreactie kan het ooglid wat gaan trekken. Meestal duurt het een aantal weken tot maanden voor dit helemaal over is.
- Ook kunt u last krijgen van gevoelloosheid van de oogleden of wat vochtophoping rond de ogen. Na verloop van tijd verdwijnen deze klachten vanzelf.
- In zeldzame gevallen kan een zogenaamde epitheelcyste (een holte met vocht) ontstaan in het litteken. Deze cyste kan chirurgisch worden verwijderd.
- Oogleden zijn van nature niet altijd symmetrisch, mocht er echter enkele maanden na de operatie nog een storend verschil aanwezig zijn, dan is een tweede ingreep mogelijk.
- Lelijke littekens en infecties komen heel weinig voor.
- De ernstigste complicatie van een ooglidoperatie is blindheid. Dit komt bij minder dan 1 op de 5000 operaties voor. De oorzaak is een bloeding na de operatie waarbij het bloed zich ophoopt in de oogkas. Daardoor raken de oogzenuw en het oog beklemd. Wanneer u na een ooglidoperatie merkt dat uw oog gaat uitpuilen of dat u minder gaat zien, moet u direct contact opnemen met de polikliniek oogheelkunde.
Resultaat
Het resultaat van een ooglidcorrectie is meestal langdurig, maar als de huid rondom het oog verder verslapt, kan een nieuwe correctie nodig zijn.
Meer informatie
Heeft u vragen of wilt u meer informatie? Kijk dan in uw persoonlijk PatiëntenPortaal, op onze website of vraag het aan uw zorgverlener via de
BeterDichtbij app of telefonisch.
PatiëntenPortaal
Op ons PatiëntenPortaal
mijn.vanweelbethesda.nl kunt u terecht voor veilige toegang tot uw medisch dossier, persoonlijke gegevens, het maken en inzien van afspraken en voorlichting over uw aandoening en/of behandeling. Het portaal is toegankelijk met behulp van uw DigiD.
BeterDichtbij app
Met de gratis
BeterDichtbij app heeft u eenvoudig en veilig contact met uw eigen arts of andere zorgverlener. Wanneer uw e-mailadres en uw mobiele telefoonnummer correct geregistreerd zijn in ons systeem, ontvangt u na het maken van uw eerste afspraak een uitnodiging voor deze app.
Hulp nodig bij het PatiëntenPortaal of BeterDichtbij?
Neem contact op met de Digihulp van CuraMare via
digihulp@curamare.nl of 0187 89 10 10 (tijdens kantooruren).
Vergoeding van uw zorgkosten
Niet alle zorg in het ziekenhuis wordt vergoed door uw zorgverzekeraar. U betaalt ook altijd de hoogte van uw eigen risico. Vraag vooraf bij uw zorgverzekeraar of uw behandeling in ons ziekenhuis vergoed wordt.